Je t’aime moi non plus


Voor een korte uiteenzetting over geluid bij film heb ik onderstaand filmfragment gemaakt. Hierin is het beeld en geluid van de film Psycho van Alfred Hitchcock gecombineerd met de muziek van Serge Gainsbourg: Je t’aime,…Moi non plus, in een versie samen met Jane Birkin.

[dit fragment is inmiddels verwijderd.]

Nu heb ik om de twee enigszins op elkaar aan te laten sluiten het geluid bij het openen van het douchegordijn weggehaald. In eerste instantie wilde ik alleen de douche scène gebruiken, maar na wat spelen bleek een langere opbouw sterk te werken. Ook de introductie van De Man als stem draagt bij aan een goede opbouw. Het filmfragment werkt romantisch, misschien zelfs licht erotisch tot rond anderhalve minuut het douchegordijn geopend wordt. Hoewel dit het effect is wat ik voor mijn praatje wilde gebruiken wordt het daarna eigenlijk nog interessanter. De wringende samenklanken van de muziek en het geluid van de film maken de scène sinister… obsceen. Alsof je een kijkje krijgt in het hoofd van de moordenaar.

De muziek verteld hier op het eerste gezicht/gehoor een heel ander verhaal dan het beeld, maar ook deze muziek heeft iets rauws waardoor het elkaar goed aanvult. Doel van de hele exercitie was om de kracht van geluid bij beeld aan te tonen.  De zucht en het staren helemaal  aan het begin geven als het ware de toestemming om de tekst ‘je t’aime’ te introduceren. Daarna zet de muziek je eigenlijk op het verkeerde been totdat je doorkrijgt dat de muziek de emotie van de moordenaar illustreert en niet die van de vrouw. Muziek die een aanvullend deel is van het verhaal en niet alleen geluidsvulling of op zijn best beperkt blijft tot het versterken van het gevoel dat al in beeld en tekst wordt uitgedrukt. Natuurlijk is Hitchcocks versie veel subtieler en beter dan mijn versie, maar spelen met een discrepantie tussen geluid en het verhaal kan een bijzondere laag geven aan een verhaal. In de klassieke muziek is het van alle tijden. In Bachs Mattheus Passie horen we bijvoorbeeld 11(!) apostelen zich vertwijfeld afvragen of zij degene zijn die Jezus zullen verraden:

Als daarna de tekst komt: “Ich bin’s, ich sollte büssen” lijkt het erop dat Judas het boetekleed aantrekt. Maar niets is minder waar. Deze tekst wordt immers gezongen door het koor. Wie zijn die mensen? Is daar het volk aan het woord? Waarschijnlijk wel, want Judas komt pas later. En als hij de vraag stelt, draait hij de richting van de melodie ook om. Want Judas stelt hier geen gewone vraag. Hij weet immers het antwoord al.

Tot slot nog even alleen het geluid dat zo bekend is geworden uit Psycho. 

Kijk/luister voor de originele versies hier:

Jane Birkin en Serge Gainsbourg – Je T’aime,…Moi Non Plus


Geef een reactie